Voorkeurshoudingen

Na de veranderde preventieve adviezen ten aanzien van wiegendood om zuigelingen niet meer op de buik of op de zij te laten slapen, komen voorkeurshouding en schedeldeformatie op de zuigelingenleeftijd de laatste twee decennia zeer frequent voor.

Wat merk jij?

  • Jouw kind kijkt met zijn hoofd meer dan 75% van de tijd naar één kant

  • Jouw kind heeft een afplatting aan het hoofd, dit kan een schuine afplatting zijn of een midden-afplatting zijn

  • Jouw kind wil naar één kant niet volledig kijken

Wat merkt jouw kind?

  • Ik vind het niet fijn om naar de andere kant te kijken

De oorzaak van voorkeurshouding

De oorzaak van voorkeurshouding lijkt vooral te maken te hebben met het eenzijdige positionering van de baby. En als mensen zijn wij ‘gewoontedieren’, dus doen we alles op eenzelfde manier omdat we dat gewoon prettig vinden. Hierdoor wordt een kind gestimuleerd om maar één kant op te kijken. Denk hierbij aan voeden, dragen, verzorgen, spelen en slapen. Daarnaast zijn er drie groepen kinderen die vaker een voorkeurshouding hebben: jongens, eerstgeboren kinderen en kinderen met een relatief breed hoofd.

We spreken van een voorkeurshouding als volgt: ‘De toestand van de zuigeling waarbij deze in rugligging spontaan het hoofd óf naar de rechterzijde óf naar de linkerzijde geroteerd houdt gedurende driekwart van de observatietijd (minimaal 15 minuten), zonder actieve rotatiemogelijkheid van het hoofd over de volle 180 graden’. Een voorkeurshouding kan zich ook manifesteren in het onvoldoende spontaan draaien van het hoofd in rugligging, waarbij de zuigeling het hoofd bij voorkeur in de middenpositie houdt.

De meest waarschijnlijke verklaring hiervoor is het bestaan van een spier-disbalans. Vanwege de nog zachte en dunne schedel resulteert de voorkeurshouding in een schuine afplatting van het hoofd, met een piek rond de 7-8 weken.

Tijdens een consult kinderfysiotherapie kunnen we een hoofdmeting doen om te kijken wat de ernst van de afplatting is middels de Plagiocefalometrie (PCM). Hierbij wordt met behulp van een strip thermoplast een nauwkeurige afdruk van het hoofd gemaakt.

Daarnaast richten we als kinderfysiotherapeut op het instrueren van de ouders in specifieke hantering en positionering van hun kind, en het samenstellen van een individueel oefenprogramma. Hierbij wordt een afname van de spier-disbalans en een normale actieve en passieve symmetrie in de houding en beweging bereikt. Vroegtijdig, frequent en langdurig introduceren van buikligging wanneer wakker en onder toezicht is daarbij van groot belang. Actieve buikligging onder toezicht, stimuleert een spontane, actieve draaiing van het hoofd naar beide zijden en voorkomt daarmee een voorkeurshouding, hoofdafplatting en schedelasymmetrie.

Heeft jouw kind een voorkeurshouding? Neem dan contact op met Weeda van den Berg fysiopraktijken via 0181-390086 of https://weedavandenberg.nl/contact

Bronvermelding

Empelen, R., Hartman, A. & van der Sanden, R. N. (2013). Kinderfysiotherapie. Elsevier Gezondheidszorg.