Leren schrijven

Om te kunnen leren schrijven moet er eerst veelvuldig geoefend worden met tekenen en kleuren op papier, dit zijn voorbereidende schrijfoefeningen. Eind groep 2 zijn deze vaardigheden, als het goed is, goed genoeg om schrijven aan te kunnen leren. Schrijven is namelijk best een complexe vaardigheid. In de praktijk kan middels de WRITIC bekeken worden of jouw kind de voorbereidende schrijfvaardigheden voldoende beheerst om te kunnen leren schrijven. De WRITIC omvat een aantal kleur en tekenopdrachten waarbij gekeken wordt naar de kwaliteit van de handeling. De score die uit de WRITIC komt zegt iets over hoe klaar jouw kind is voor groep 3. De WRITIC kan op elk gewenst moment in groep 2 afgenomen worden.

Wat merk jij?

  • De schrijfsnelheid is te laag

  • De kwaliteit van het handschrift is te laag, oftewel jouw kind schrijft slordig/onleesbaar

  • Het is moeilijk of duurt lang om de juiste lettersporen aan te leren

  • Jouw kind schrijft te groot

  • Er zijn in groep 2 zorgen over de ontwikkeling van de fijne motoriek en specifiek de pen- en papiertaken zijn moeilijk

Wat merkt jouw kind?

  • Ik krijg pijn in mijn hand en/of arm als ik aan het schrijven ben

  • Mijn hand/arm wordt moe als ik schrijf

  • Ik vind schrijven heel erg moeilijk

  • Ik kan het dictee niet bijhouden

Oefentherapie

Indien de voorbereidende schrijfvaardigheden nog niet voldoende zijn, kunnen deze middels oefentherapie en huiswerkoefening bijgespijkerd worden, zodat leren schrijven in groep 3 niet belemmerd wordt. Mocht jij of de leerkracht twijfels hebben over de voorbereidende schrijfvaardigheden van jouw kind, neem dan contact op met Weeda van den Berg fysiopraktijken via 0181-390086 of weedavandenberg.nl/contact

Schrijven

Schrijven is het op papier zetten van een boodschap. Schrijven kan gezien worden als een motorische vaardigheid, een communicatiemiddel en een expressiemiddel. De kwaliteit van het schrijven wordt dan ook bepaald aan de hand van:

  • de inhoud van de boodschap;
  • het spellen en stellen (het correct schrijven van zinnen en woorden);
  • de leesbaarheid van de letters, woorden en zinnen;
  • de schrijfbeweging;
  • de snelheid en de volhoudtijd.

Schrijven is een complexe vaardigheid. Het vraagt veel aandacht en concentratie en daardoor werkgeheugen. Bij schrijven zijn veel verschillende hersengebieden actief. Tijdens dictee hoort het kind eerst de woorden, moet de gehoorde woorden vertalen naar letters en daarna motorisch uitvoeren op papier. Verbonden schrift heeft motorisch gezien de voorkeur om aan te leren ten opzichte van het blokschrift. Het verbonden schrift is namelijk motorisch makkelijker door de doorgaande bewegingen. Daarnaast is de woord-teken-koppeling bij het verbonden schrift beter en heeft het verbonden schrift een relatie tot leesvaardigheid, die blokschrift in veel mindere mate heeft. Het moge duidelijk zijn dat door het veelvuldig gebruik van tablets in het onderwijs, de schrijfkwaliteit vermindert, simpelweg omdat kinderen veel minder oefenen met schrijven. De schrijflessen blijven vaak nog wel, maar kinderen hoeven veel minder vaak in een werkboek te schrijven. De pengreep heeft in mindere mate een relatie met schrijfvaardigheid.

Wanneer er twijfels bestaan over de snelheid of over de kwaliteit van het handschrift kan de SOS-2-NL uitgevoerd worden. Bij deze schrijftest moet het kind 5 minuten een stukje tekst overschrijven. Daarna wordt de geschreven tekst beoordeeld op het aantal geschreven letters per 5 minuten en de kwaliteit (beoordeeld op 6 of 7 items). Bij de laatste wordt onder andere gekeken naar vloeiendheid, het gebruik van spaties en het regelverloop. De SOS-2-NL kan zowel voor blok- als verbonden schrift gebruikt worden. De scores worden vergeleken met normwaardes van kinderen uit hetzelfde leerjaar. Aanvullend kan de Beery VMI worden afgenomen. De Beery VMI is een test om de visueel motorische integratie (VMI) te meten. Hiermee bedoelen we: de samenwerking tussen visus (zicht) en motoriek (het bewegen). Bijvoorbeeld: bij schrijven moeten de ogen en de handen samenwerken. Tijdens de test wordt er van de kinderen gevraagd om wiskundige figuren na te tekenen, te herkennen en binnen de lijntjes over te trekken. De score wordt bepaald door het aantal goede antwoorden. De score wordt vergeleken met die van leeftijdsgenootjes.

Indien de schrijfvaardigheid onvoldoende is, kan er oefentherapie i.c.m. huiswerkoefeningen worden ingezet. Wanneer een kind één tot tweemaal per week schrijftherapie volgt en thuis trouw elke dag 15 tot 20 minuten oefent, is de prognose dat de schrijfvaardigheid binnen 3 maanden significant is verbeterd en in veel gevallen goed genoeg is. Mocht jij of de leerkracht dus twijfels hebben over de schrijfvaardigheid van jouw kind, neem dan contact op met Weeda van den Berg fysiopraktijken via 0181-390086 of https://weedavandenberg.nl

Bronvermelding

Empelen, R., Hartman, A. & van der Sanden, R. N. (2013). Kinderfysiotherapie. Elsevier Gezondheidszorg.

Overvelde, A., van Bommel, I., Bosga, I., van Cauteren, M., Halfwerk, B., Smits-Engelsman, B. & Nijhuis-van der Sanden, R. (2011). Motorische schrijfproblemen bij kinderen. Nederlands Tijdschrift voor Fysiotherapie, 2(121).